Ten Cate

RKD STUDIES

4.1 Noorwegen en Zweden 1881-1882


Hoewel Ten Cate op 17 oktober 1881 officieel werd uitgeschreven uit de Brusselse deelgemeente Sint-Joost-ten-Noode en Holmestrand in Noorwegen als zijn nieuwe woonplaats staat vermeld, was hij hier hoogstwaarschijnlijk al eerder naar vertrokken [1].1 Op de najaarstentoonstelling van 1881 van de kunstenaarsvereniging Arti et Amicitiae exposeerde hij in ieder geval al een ‘Noorweegsch landschap’.2 Ten Cate zou meer dan één jaar in Noorwegen en Zweden verblijven om vervolgens door te reizen naar andere oorden dan zijn geboorteland. Ondanks zijn vlucht uit België had hij zich voor zijn reis naar het Noorden goed voorbereid. Blijkbaar had Ten Cate voldoende financiële armslag om de reis te bekostigen en kon hij het zich ook veroorloven om zich in te schrijven als lid van de Norske turistforenings (Noorse toeristenvereniging).3 Afgaand op de ledenlijst van deze vereniging kan worden geconcludeerd dat het Noorwegen destijds nog slechts mondjesmaat door toeristen werd bezocht. In 1881 waren, naast veel Scandinaviërs, slechts tien Nederlanders, zes Belgen, zeven Schotten, zeven Russen, negen Amerikanen, elf Fransen, 38 Duitsers en 57 Engelsen lid van de vereniging. Bekend is dat tien jaar eerder bijvoorbeeld de jonge Willem Maris (1844-1910) met zijn vrienden Alexander Wüst (1837-1876) en Frederik van Seggeren (1825-1900) het rotsachtige landschap rond Bergen vastlegden. In de zomer van 1880 vertrok de Haagse schilder Louis Apol (1850-1936) op een barre tocht naar Nova Zembla; in september 1880 schilderde hij de uiterst noordelijk gelegen Noorse havenplaats Hammerfest. Wellicht speelde het feit dat destijds weinig Nederlandse kunstenaars Noorwegen als reisdoel kozen, een rol in de keuze van de gevluchte Ten Cate; hij zou er in alle rust en anonimiteit kunnen werken. Veel is niet bekend van Ten Cate’s Scandinavische reis. In ieder geval begon hij die in het najaar van 1881 te Holmestrand en sloot hij zijn reis medio november 1882 af in de hoofdstad Oslo, destijds Christiania geheten. Hoewel hij ook Zweden bezocht, lijkt Ten Cate in die periode voornamelijk in Noorwegen actief te zijn geweest.

1
Siebe Johannes ten Cate
Vue de Norvège, 1882 gedateerd
Private collection


Notes

1 Bevolkingsregister, register 59, folio 118, periode 1876-1890. Archief Sint-Joost-ten-Noode.

2 Amsterdam 1881, cat. nr. 44 ’Noorweegsch landschap’ (vraagprijs f 300,00). Onder nr. 43 exposeerde hij het werk ’'t Wachten op de laatste boot’ (vraagprijs f 450,00). Als woonplaats gaf hij Brussel op, maar dat zal op dat moment niet meer het geval zijn. Siebe ten Cate was en bleef in die periode wel Kunstlievend Lid van Arti et Amicitiae. Het zou hierna tot april 1885 duren voor er weer werk van Ten Cate bij Arti et Amicitiae te zien was.

3 Guillemard et al. 1881, p. 218.